Hallo beste visvriend,
Mijn naam is John Ramakers, ik vis al ruim 35 jaar waarvan 30 jaar intensief op karper. Ik ben mijn viscarrière begonnen in het Schutters Park te Brunssum bij visvereniging H.S.V. Brunssum. Hier heb ik twee jaar gevist, met deeg, vlok en korst. Ik heb daar maar weinig gevangen, laat staan 20 ponders! Hier werd namelijk al meer dan één jaar karpers (goedgekeurd door de secretaris) versleept naar een nabij gelegen vereniging De Edelkarper te Heerlen. Ik heb maar besloten om lid te worden van die bewuste visvereniging. Het eerste jaar heb ik met dezelfde aasjes gevist en mijn vangsten werden hier al stukken beter dan in Brunssum. Hier waren ook wat meer karpervissers actief dus viel hier ook meer te leren over deze hobby. Ik begon het jaar erna met mais uit blik, een winnaar, gevolgd door bruine bonen, kapucijners en hennep met als gevolg dat meerdere karpers per dag aan de orde van de dag waren, wat natuurlijk niet zo bleef, maar dan werd er weer een andere boon uit het schap gehaald, maar naar verloop van tijd werd het toch keer op keer moeilijker. Maar toen, inmiddels 1983, kwam het boek van Kevin Maddocks Carp Fever tot bij ons, ik heb het maar meteen besteld bij een hengelsport zaak gelegen te Prinsenbeek. Dit boek heb ik helemaal plat gelezen met mijn school Engels. Ik had dat wel gelezen van die gekookte balletjes maar dat leek mij, en ik denk nog meer mensen niks. Mijn aandacht ging toen uit naar nog andere bonen en zaden, met nog enkele uitschieters zoals black eyed beans en maple peas, met deze twee soorten zou ik nu nog steeds anno 2011 uitpakken op de meeste wateren. Ooit met gelatine aas uit dat boek gevist? Ik ving hier niet veel mee maar wel vielen hier de grootste vissen voor (alleen in de koudere maanden gebruiken hoor!!!). In 1985 ging ik naar mijn eerste meeting van de Watersport Centrale. Boilies boilies boilies, niets anders dan die boilies gingen daar de deur uit, omdat Jim Gibbenson er een lezing over had gegeven met de nodige uitleg over de vangstresultaten en het gebruik hiervan. Het maken van die dingen ging toen nog niet van een leien dakje. 1000 stuks of in de termen van nu 10 kg was een hele klus, dus heb ik ze gekocht en wel van het merk Richworth, dit waren diepvries boilies (ja!! deze waren er al anno 1985). Ik gebruikte ze met de flavour Catfood, in de kleur groen en ik kocht ze in Maastricht bij Delahay. Hiermee werd heel goed gevangen, soms werd er op één nacht een totaal van meer dan 60 karpers op het thuiswater gevangen door 4 of 5 karpervissers. Dit kon natuurlijk niet ongestraft doorgaan, en de vangsten werden minder. Dan maar weer een ander smaakje en hup, daar waren ze weer. Dit ging me na verloop van tijd vervelen en ik zocht mijn heil elders bijvoorbeeld naar een water genaamd Oost-Maarland in de buurt van Maastricht. Daar ging ineens het gewicht van de gevangen vis een rol spelen. Hier zaten ook wat grotere vissen dan ik tot noch toe gevangen had. De eerste vissen boven de 20 pond werden aan het papier toevertrouwd en er zouden er nog velen volgen. Alleen het kopen van die ballen werd een te hoog kostenplaatje, dus moest er maar gerold worden met een recept uit het boekje van Geof Kemp (Kempastinis book of bait). Uiteindelijk heb ik ook een paar keer op het grote in open verbinding met de Maas staande Oost-Maarland gevist, maar dit ging niet zo als ik dit gehoopt had, ik was toen nog niet in het bezit van een boot en dieptemeter hierdoor was mijn visserij daar beperkt tot het vissen vanaf de bereikbare oeverzone. Vervolgens ben ik op zoek gegaan naar steeds weer nieuwe uitdagingen zoals Maas en kanalen met daar bij in de buurt liggende grind afgravingen, waar de vissen niet alleen maar groter werden maar ook het aantal gevangen vissen minder werd. Ik heb 6 jaar uitsluitend op deze wateren gevist. Gevolgd door de polder in de omgeving tussen Amsterdam en Alkmaar waar vrijwel uitsluitend struinend met de pen gevist werd, tijdens deze visserij leerde ik ook enkele mooie wateren kennen zoals de Zandput te Alkmaar een heel aparte. (meer dan 250 runs in zes nachten samen met een kameraad, over overbevolking gesproken!) en het Alkmaarder meer.
Hierna ging ik en een kameraad ons geluk beproeven op het Noord-hollands Kanaal. Ik heb er een keer of zes, vier tot zes nachten alleen gevist en vier keer met mijn vis kameraad. Er zijn letterlijk honderden vissen door ons gevangen met maar drie uitschieters 15+, 16+, 14+ en nog een tiental vissen net boven de tien kilo, maar dat kon de pret voor mij althans niet drukken. Er moest ook een mooi water liggen in het centrum van Amsterdam, dus heen gingen wij. Nadat we een bezoek hadden gedaan aan hengelsport Osdorp voor de nodige vergunningen en het verkrijgen van de nodige info werden wij toch totaal verrast door het aantal karpervissers dat aan dit water op een kluitje bij elkaar lekker zaten te karperen (er stonden toen wel geteld 41 tenten). Na een week vissen hadden we toch onze vissen kunnen vangen. We zijn hier nog enkele keren terug gegaan met wisselend resultaat. Mijn bevindingen van deze regio zijn dat het net lijkt of de visserij veel eenvoudiger is door de hoge bezettingsgraad van karper. Ik vis de laatste 11 jaar bij onze zuiderburen, en één of twee weken in Frankrijk enkel dag vissen, ik moet zeggen het bevalt me prima. Al vis ik nu veel meer alleen dan dat ik dat voorheen ooit gedaan heb. En je hebt daar dan ook veel doorzettingsvermogen en water kennis nodig om constant vis te vangen. Ik hoop dat ik me hier mee een beetje heb voorgesteld, want dit is maar een greep uit 30 jaar intensief vissen op karper.
m.vr.gr.
John Ramakers